Zonder vertrouwen kom je nergens
Het verhaal van Soedesh
Iedereen bij Antes heeft een verhaal. Die verhalen verzamelen we op deze plek. Samen vormen ze het verhaal van Antes. Het verhaal van een organisatie waar iedereen telt. In dit verhaal vertelt Soedesh over ijs en keukenkastjes.
Paspoort |
Wie: Soedesh |
Functie: SPV’er en hoofd Behandelzaken GGZ-teams |
Hoe lang bij Antes: 23 jaar |
Antes is: ‘Mijn jongensdroom, maar wel zonder zwaailichten.’ |
‘Ik moet soms echt even slikken voor ik naar binnen stap’
“Ambulancebroeder wilde ik worden vroeger. Mensen helpen en keihard van de ene crisis naar de andere scheuren met de zwaailichten aan. Dus ik ben hbo-v gaan doen. Om er vervolgens achter te komen dat ik in een ziekenhuis altijd in een stom wit pakje moest lopen. Ik stapte over naar de psychiatrische zorg, in mijn eigen kleren. En nu werk ik alweer een hele tijd in de ambulante zorg. Eigenlijk heb ik toch de baan waar ik als jongen van droomde, maar dan zonder zwaailichten. Ik weet op een werkdag nooit van tevoren wat er gaat gebeuren, ik kom regelmatig in crisissituaties terecht en ga zelfs met de politie op pad.”
“Ik ben hoofd van twee teams. Teams waar ik ontzettend trots op ben. Wij hebben nooit personeelstekorten; hier wil niemand weg. Door de goede sfeer en samenwerking maar ook door de gezellige dingen die we doen. Als het mooi weer is, halen we een ijsje. En elke vrijdag eten we wat lekkers. Dat klinkt misschien onbenullig, maar is wel belangrijk.”
Het allerbelangrijkste is het gevoel dat we samen mensen helpen
“Het allerbelangrijkste is het gevoel dat we samen mensen helpen. Op allerlei manieren. Soms moeten cliënten van de rechter gedwongen een behandeling ondergaan. Dan staan we daar met de politie voor de deur. Soms gaan ze vrijwillig met hun problemen aan de slag, of komt de roep om hulp uit hun omgeving. Dan trekken we op met de familie, de woningcorporatie of de wijkagent. Maar hoe dan ook kom je bij mensen thuis en bouw je een band met ze op.”
“Dat gaat trouwens niet vanzelf. Ik heb eens een reus van een voetbal-hooligan als cliënt gehad. Ik moest echt even slikken toen ik naar binnen stapte. Ik heb eerst maar eens een paar weken over voetbal gekletst. Vervolgens hielp ik om het keukenkastje recht te hangen. En pas daarna kwamen we toe aan de psychiatrische problemen. Maar dan heb je wel het vertrouwen. Zonder vertrouwen kom je nergens.”
“Zeker cliënten waar je lang mee werkt, leer je goed kennen. En zij jou ook! Zo ging ik een keer met een dame, laat ik haar Ria noemen, mee naar het ziekenhuis. We zaten veel te lang in de wachtkamer. En op een gegeven moment zei Ria: ‘Zal ik het doen?’ Ik wist meteen wat ze bedoelde. Ria stond op, liep naar de balie en schreeuwde: ‘Ik ben psychiatrisch patiënt en hij is mijn begeleider. En hij is hier omdat ik! Ieder moment! Helemaal kan flippen!’ Nou, toen wás ze toch ineens snel aan de beurt! Wat hebben wij gelachen. Dan heb je toch een droombaan?”